In het gemeentehuis blijven
“Toen ik de melding GRIP 2 op mijn pieper zag, was ik erg verbaasd. Normaal gaat aan GRIP 2 een eerdere melding vooraf. Bovendien had ik geen piket en stond niet aangegeven in welke gemeente het incident was. Bij gebrek aan informatie ben ik op Facebook en Twitter gaan kijken en daar las ik dat het telefoonnetwerk was uitgevallen. In crisissituaties is de telefoon voor de gemeente het belangrijkste communicatiekanaal, dus hier moesten we iets mee. Via de kanalen waarop dat nog wel mogelijk was, heb ik collega’s ingeseind zoveel mogelijk in het gemeentehuis te blijven. En met de noodcommunicatievoorziening (NCV) – speciaal voor als telefonie uitvalt – konden we een schakel zijn naar de hulpdiensten voor hulpvragen van inwoners.”
Extra BOA’s
“Met de sleutelfiguren op het gebied van crisisbeheersing volgden we de ontwikkelingen en we stonden in contact met het Regionaal Operationeel Team. De eerste zorg was dat de hulpdiensten konden blijven functioneren. Het verbaasde me niet dat de brandweerkazernes permanent werden bezet, want ik ben zelf al 35 jaar vrijwilliger bij de brandweer. In navolging van ambulance, brandweer en politie hebben wij vanwege de zichtbaarheid op straat extra BOA’s ingezet. En we boden ondersteuning in de communicatie: Is er iets aan de hand? Klamp een politieauto aan of ga naar de brandweerkazerne. Veel meer konden wij niet doen.”
Geen onrust
“Vervolgens denk je na over mogelijke noodscenario’s voor de langere termijn. Hiervoor hebben we een netwerk met crisisfunctionarissen in andere gemeenten. Uiteindelijk was de storing gelukkig relatief snel verholpen. In Bodegraven-Reeuwijk hebben zich geen calamiteiten voorgedaan en we hebben ook geen onrust bemerkt bij inwoners.”